Zo ‘s-avonds laat op de fiets na de wekelijkse yoga les, is nog zo’n leuk moment dat verhalen in mij opborrelen. Geen pen in de buurt, help hoe hou ik het vloeiende verhaal, de volmaakte zinnen, hoe hou ik ze vast. Het is ook zo stom om langs de kant van de weg te stoppen en het in te tikken op de notities van mijn telefoon. Bovendien duurt dat wel een tijdje want met 10 vingers blind en een behoorlijke snelheid op gewoon formaat toetsenbord, schiet je niet zoveel op op een smartphone met een heel ander toetsenbord. Meer dan twee vingers lukt niet. Gelukkig denkt het ding wel met je mee en toont de meest logische woorden terwijl je tikt. Het is dus een uitdaging om dat verhaal vast te houden. terwijl ik in de late avond op mijn fiets zit.
Vanuit de wat drukkere kleine stad waar mijn les is op weg naar huis naar het inmiddels wat drukkere dorp. Maar ondanks dat het zo dicht tegen elkaar aanligt zijn de verschillen toch groot. Hier in het dorp groeten de mensen elkaar nog, hebben de supermarktkarretjes geen muntjes en krijg ik als een toch wat nerveuze chauffeuse alle tijd en ruimte die ik bij de diverse manoeuvres nodig heb. Vooral dat laatste maakt mij erg blij.
Na de oversteek van een druk kruispunt kunnen mijn gedachten veilig verder dwalen. Weinig verkeer en ik ken de hobbels en kuilen. Mijn favoriete stuk is een nog redelijk wijds open stuk met op een hoek een tiny huis. Hier kun je in de winter als het helder is de sterren nog goed zien. Daar rij ik langzamer of sta even stil om van het uitzicht te genieten, kijk of ik wat sterrenbeelden kan herkennen. Een volle maan hier is ook heel mooi en mystiek bijna maar dan wordt het weer te helder voor de sterren.
Verder gaat het en meestal trakteer ik mijzelf op het pad langs de vaart. Een paar huizen aan de ene kant, de vaart aan de andere kant. Gespetter van een eend die ik doe schrikken, het silhouet van een zwaan. Zomers zie je de vaart niet eens vanwege het vele riet. De sfeer is dan heel anders. ‘s-Winters verstild, levendig in de zomer.
Na de vaart sla ik af de woonwijk in. Volgens de rasechte dorpelingen is dit dus echt het nieuwe stuk en zijn wij echt geen dorpelingen. Toch worden we vriendelijk geaccepteerd. We brengen ook goede dingen.
Zo nu ben ik na een twintig minuten fietsen thuis van mijn yogales. Nu maar hopen dat mijn verhaal mij niet is ontglipt.