De Cyclaam

 

Wij zijn een goede voor het tuincentrum. We gaan er graag eens kijken “om ideeën op te doen”, en komen zelden met lege handen thuis. Ook mijn dochter gaat vaak mee en zo kwam vanzelf de vraag “o mam, mag ik ook een plantje voor op mijn kamer en mag ik die”? Die was een bijzonder gunstig geprijsde cyclaam en met de mededeling “je geeft hem zelf water hoor” mocht hij mee. Thuisgekomen zochten we er een mooie pot voor uit en stond hij fris en fruitig net uit het tuincentrum in volle knop en mooi in het blad te pronken. Tot zover ging alles goed.

Een paar weken later viel mijn blik ineens op de enigszins verpieterde cyclaam. Uitgebloeide bloemen, dat kan gebeuren, maar droge grond en dorre bladeren wijst toch duidelijk ergens anders op.”Geef je dat ding wel eens water”?  “Ja” “Wanneer dan voor het laatst”? “Uhh weet ik niet meer, maar hij is dood en ik hoef hem niet meer, wil jij hem”? “Hij is niet dood hij is uitgedroogd”. “Ja nou ik hoef hem niet meer, jij hebt vast nog wel een plekje anders gooi ik hem weg”.

Ja en er zijn dus van die dingen waar ik moeite mee heb. Iets levends weggooien en dan nog wel een cyclaam. Een cyclaam is voor mij jeugdsentiment. Dan zie ik gelijk mijn moeder weer, ze had een vensterbank vol met cyclamen in allerlei kleuren in de slaapkamer. Ik hoor haar nog zeggen  “cyclamen houden niet van de zon, een beetje koel, en denk erom onderop water geven en laat ze niet met natte voeten staan”. Ze waren haar trots. Daarom is het lastig voor mij om de cyclaam weg te gooien. Ik neem hem mee naar beneden en draai “denk erom niet trekken”  “Ja ma” het dode blad en de dode bloemen eruit, haal hem uit zijn sierpot en zet hem in zijn binnenpot op een schotel en voorzie het kind van water. Dat gaat erin en binnen no time is de schotel leeg. Hij krijgt een plekje op de vensterbank in de keuken, niet in de zon, beetje koel en goed in het zicht zodat ik hem niet kan vergeten.

En jawel na een poosje doet hij het weer prima. Hij heeft bijzonder blad, licht en donkergroen met rode bloemen. “Goh wat doet hij het goed bij jou” “Ja een beetje water helpt” “Ja ik was hem echt vergeten”. “Wil je hem terug” “Nee zorg jij er maar voor”. Alles gaat goed totdat ik er op een dag luis in ontdek. De bladen krullen om en hij staat te pieteren. Ik probeer de luis biologisch uit te moorden maar dat lukt nog niet echt. Maar wegdoen . . . Ik gun je nog een kans, ik sproei je nog een keer heel biologisch, geef je nieuwe aarde en was je pot en schotel goed om en hoop er het beste van.

En anders neem ik afscheid van je in de wetenschap dat ik mijn best heb gedaan.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *